Ga naar de inhoud

Rode Hoed en Rosse Gloed

Na drie kwartier bij het debat over de nieuwe schoolstrijd voelde het of er PUR-schuim in mijn aderen zat. We ontvluchtten de zaal van De Rode Hoed. De bar verkocht tot tien uur alleen thee en koffie. We ontvluchtten De Rode Hoed.

Tegen tienen gingen we terug. Want we wilden het begrijpen. Ze begrijpen.

Zo pikten we ook nog het staartje van het debat mee. Geleid door Harry Starren. Met Doekle Terpstra, staatssecretaris Van Bijsterveldt (CDA) en alle bobo’s van dien. Erkende beleidsrukkers en projectfuckers als Pieter Hettema en Leo Lenssen, die hun nieuwe boek mochten pluggen.

Ze waren niet dom, daar waren we het snel over eens. Slecht? Misschien niet allemaal.

Maar dan nog… Waar leer je abstracties aaneen te rijgen zonder ooit, ergens, uiteindelijk een scherp beeld op te roepen? En woorden als ‘maatschappelijk ondernemerschap’, ‘maatwerk’ en ‘kwaliteitszorg’ op religieuze toon uit te spreken?

De discussiebijdragen van mijn vriend waren zo welkom als een kiezelsteentje in een hap linzensoep. Maar zolang hij zich intoomde, hadden ze het goed onderling.

We waren er toch weer ingestonken. Aangeslagen bezagen we de nababbel. Professionele amicaliteit. Avitaliteit in colbert. Het ontbreken van iedere echte nieuwsgierigheid… Hoe WERD je zo? Tot een definitieve diagnose kwamen we niet.

Het rosse slot

Ik fleurde pas weer een beetje op toen ik op de terugweg in de Korte Korsjespoortsteeg langs een vrijwel ontklede raamprostituee kwam, die volkomen ontspannen in een joekel van een roman zat lezen. Gelukkig, ze bestonden nog, echte mensen!

Het blauwe slot

Die steriele bobo’s blijven me bezighouden. Zou er geen wetenschappelijke verklaring zijn? In NRC las ik dat de fysisch antropologe Cynthia Beall heeft ontdekt dat Tibetanen zich op een andere manier hebben aangepast aan het leven in een zuurstofarme omgeving dan Andesbewoners en Ethiopiërs.

Wat zou ik Beall graag een vette werkbeurs geven om te onderzoeken hoe dat zit bij de taaie Nederlandse onderwijsmaffia.

.

2 reacties op “Rode Hoed en Rosse Gloed”

  1. Ademloos en kleurrijk tegelijk
    Okee, Haarlemse hoeren zitten er doorgaans wat zuurstofloos bij. Het zijn nou eenmaal wat bedompte kamertjes waarin ze huizen. Met peeskamertjes-meubilair zou Jelmer zeggen.
    Rose en blauw, het loopt wel meer door elkaar deze dagen (zie GBHD zum Beispiel). Naar zuurstok of naar adem happen… Voorzichtig inhaleren. Dat wat je leest geleidelijk in je bloed komt, daar gaat het om.
    Het moet al haast weer Kunstlijn worden.
    Dan mogen alle kleuren weer en zuigt iedereen gewoon de kaneel van zijn eigen Haarlemse couleur locale. Vol tot aan de hemel en leeg tot op de bodem. Zuigen, genieten, welke kleur ‘t ook maar wezen mag!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *