Ga naar de inhoud

Sterrenstad

Monumentendag is de gelegenheid bij uitstek om het blazoen van de stad op de poetsen. Op steigers bij de Janskerk kregen de sterren in het stadswapen een opzichtig likje verf.

.

Ook elders in de stad flonkeren de sterren uitdrukkelijk de komende tijd, dankzij een kunstproject van de stedenpimpers van Studio Vollaerszwart, die de campagne ‘Haarlem viert cultuur‘ luister bijzetten – oh wacht, zelf noemen ze het city dressing. In het Heiligland zag de RaDa-reda een waarschijnlijk onbedoeld beeldrijm met de puntige inbraakwerende ijzerwaren.

.

.

Wij doolden gisteren op goed geluk door de stad, erop vertrouwend dat we her en der wel zouden struikelen over de Korenlintworm en ander leuke optredens. Als meest afgelegen punt kozen we het Hofje van Heijthuijsen (Kleine Houtweg 135,  waarover later misschien meer als ik het boek heb gelezen) en om vier uur wilden we in elk geval in het ABC-Architectuurcentrum zijn voor de lezing van Henk Sloos over ‘s werelds zwembaden (verdient een reprise – zonde om die eenmalig te houden, en dan nog op zo’n overgeprogrammeerde dag).

Het voordeel van zo’n bewust bavocentristische keuteldagje (BBK) is dat je draalt waar je anders doorjakkert. Over Bavocentristisch gesproken: deze muurkaart is op de hoek van de Lombardsteeg, die Jansstraat en Begijnhof verbindt.

.

.

Uitgevoerd in keramiek, want het is een staaltje vakmanschap van de tegelbakkers van 1000 graden..Nu we toch cartografisch/bavocentristisch bezig zijn: deze maquette in het ABC verbluft mij telkens weer.

.

.

In de jaren ’70-’80 (?) vervaardigd door gemeenteambtenaren met een akte knutselen / houtbewerking. Er werd mij verteld dat het een project in wording is. Af en toe wordt er een gebouw of plantsoen uitgelicht en verfraaid, of er worden details toegevoegd. Jullie snappen, dit wordt zo’n blogje waarbij ik ook veertig foto’s zou kunnen plaatsen. Want als je eenmaal echt begint te kijken, dat wil zeggen hoger dan de etalages, weet je van geen ophouden meer. Wat mij bijvoorbeeld opviel is hoe opvallend de gevelstenen zijn geworden overal. Bijna too much, zo fel. Voor deze Jonge Wolf met meeliftend lam in het Klein Heiligland heb je gelukkig geen zonnebril nodig en als iemand (ontvang je me, Martin Busker?) me kan vertellen wat erachter steekt, ben ik erkentelijk.

.

.

Toen ik ooit met Harrie de vragen voor de Haarlem-quiz bedacht, kreeg ik een krik in mijn nek. Geen garagekrik, gehanteerd door een gefrustreerde deelnemer-zo erg was het nog net niet- maar nekpijn door het gevelstaren. Een voorbeeld is dit ‘schrijftorentje’ zoals de huisdichteres dat noemt. Het bevindt zich… Ach nee, ik ben eigenlijk wel benieuwd of iemand het herkent. Duizenden Haarlemmers passeren het dagelijks.

.

.

Paars P.S. : in de zijbalk kun je je abonneren op het RaDa – je krijgt dan een emailbericht zodra er een nieuw stukje is verschenen.

9 reacties op “Sterrenstad”

  1. Marius, met zo’n zomer heb je toch een zonnebril nodig en voor de kleurtjes.

    Je schrijft; Op steigers bij de Janskerk kregen de sterren in het stadswapen een opzichtig likje verf.
    Ja, en dat is nog een grondlaag voor een andere kleur. Want je weet hoe het Wapen van Haarlem er uit ziet he. Maar het valt je nu al op dat is een goed teken. Vergelijk het wapen van Haarlem straks maar met het Wapen van Haarlem op het Stadhuis, die op het balkon zit. Zo verliezen de gevelstenen hun betekenis.

    En voor en waarom kleuren op sommige stenen wat meer opvallen dan op andere zie ook Wikipedia

    Gevelstenen ontstonden in de tweede helft van de 16e eeuw en werden tot de 18e eeuw gebruikt als “huisteken”, omdat er nog geen huisnummering bestond.[2] Van oorsprong zijn gevelstenen gepolychromeerd (in verschillende kleuren beschilderd). Veel gevelstenen hebben ook een kleuraanduiding in het op- of onderschrift (bijvoorbeeld De Rode Leeuw, De Witte Olifant[3], Het Zwarte Paard, De Groene Bok, De vergulde Kater etc.) en familie- en andere wapens waren voorzien van de vereiste heraldische kleuren.
    Een heraldische kleur is een van de kleuren die in de heraldiek worden gebruikt. Voor de weergave wordt onderscheid gemaakt tussen heraldische kleuren, metalen en pelswerk.
    Helaas werken in deze mail niet de doorlinken maar kijk maar.
    gr. Martin

  2. Laat ik nou vorige week voor het eerst in jaren weer zo’n echte Haarlem-quizvraag bedacht hebben! Zo eentje waarbij je je afvraagt of ie te makkelijk of te moeilijk is.
    Wat was het noordelijkste punt van Heemstede voor de annexatie in 1927?

  3. Marius (RaDa-reda)

    @Martin: dank voor de uitvoerige toelichting! Weet je over wolf&lam ook nog iets te vertellen?
    @Harrie: Ik gok de Cruquiusstraat, of ga ik nu te ver?
    Mijn eigen vraag staat nog open trouwens.

  4. Tot voor kort wist ik slechts dat alles wat ten zuiden van de lijn Pijlslaan -Spaar en Hout gesitueerd was voor 1927 bij Heemstede hoorde. Inclusief dus het allergrootste gedeelte van onze oer-Haarlemmerhout. Toen ik vorige week wat beter keek op een kaart uit de tijd van de annexatie ontdekte ik dat er ten westen van de spoorlijn Haarlem – Leiden nog een stuk Heemstede lag dat doorliep tot zwembad De Houtvaart. Dat was toen dus een driegemeentenpunt: Overveen, Haarlem en Heemstede. Globaal en hemelsbreed gezien was je antwoord dus juist!
    Honderden of duizenden keren gezien waarschijnlijk, maar ik moet je het antwoord op jouw vraag voorlopig schuldig blijven…

  5. Marius (RaDa-reda)

    @Allen: het ‘schrijftorentje’ met het groene dak is schuin tegenover McDonald’s, aan de Ged. Oude Gracht.

  6. @Marius: Prachtig! Een paar duizend keer langsgelopen, nooit gezien. Op die manier een perfect passend hoekhuis Schotersingel – Verspronckweg…
    @jan: Het precieze driegemeentenpunt ligt direct over het spoor ter hoogte van De Clercqstraat.

  7. Aha, het pand op de hoek van de Frankestraat, ik zocht naar iets veel groters. Haarlem is trouwens rijk bedeeld met schrijftorentjes.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *