Op de een of andere manier word ik altijd erg vrolijk van de openluchtdrummer. Het kan zijn dat hij nog andere stekkies heeft, maar ik zie hem altijd vrijdags op het plantsoentje tussen Station RAI en het gelijknamige beursgebouw. Ik nader hem via een fietstunneltje met een fijne akoestiek en als ik ‘zijn’ grasveldje passeer is het beeld altijd hetzelfde: een kalende man van een jaar of vijfendertig, die volkomen opgaat in zijn spel.
Tijdens hittegolven heb ik hem daar zwetend met ontbloot bovenlijf aangetroffen, ‘s winters maakt hij er zijn vaste podium desnoods eerst sneeuwvrij.
Het drumstel, dat hij uit een bestelbusje laadt, is eenvoudig: geen toeters en bellen. Het is geen hoor-mij-eens / kijk-met-losse-handen!-drummer. Hij timmert er gewoon lekker op los – krachtig, strak en innig tevreden met wat hij doet. Hij werkt zijn hele solo-programma af zonder stiekem te kijken of er misschien een beroemde impresario langsloopt.
Het levert een schril contrast op met het beursvee dat daar na een dagje RAI massaal langssjokt – beladen met plastic tasjes vol flyers, gratis proefmonsters en impulsaankopen; de gezichten verraden onvervulde wensen. Misschien is dat de reden dat ze hem zelden een blik waardig keuren. Hij heeft aan zichzelf genoeg.
Als ik buurtregisseur was, zou ik een weerbestendig openluchtdrumstel aanschaffen (nu even niet miemelen over praktische bezwaren, graag), waarop iedereen uit de wijk (jong én oud) zich op verzoek lekker een uurtje mag afreageren (in plaats van op het straatmeubilair, de vaste partner of willekeurige voorbijgangers). Drumtherapie, goed voor het lichaam, een weldaad voor de geest!
Die drums komen te staan op drukke punten, waar het toch al een herrie is, maar als het project slaagt, valt te denken aan een follow-up met andere instrumenten. Moegedrumde hangjongeren komen dan bij mij langs en vragen om de harp en andere fijnbesnaarde instrumenten. “En oh ja, Marius, denk je dat we subsidie kunnen aanvragen voor een straatklavecimbel?”
Mr. Bojangles drum for me. Misschiejn een goede vervanging voor het inmiddels verouderde stop-denk-doe-systeem?