Ga naar de inhoud

Zonk

Gisteren op weg naar het station zag ik een zonkje. Vandaag zat het er nog steeds. Ik had gehoopt – stiekem – dat het wat gegroeid zou zijn, maar nee… Het vond het kennelijk best zo.

Een zonk, zeker een flinke, heeft iets raadselachtigs. Zonk! En daar is ie opeens!

Zo snel als ze verschijnen, zo lastig zijn ze te bestrijden. Het nieuw gestorte zand lost soms zomaar op in het niets, wat leidt tot danige ergernis bij de gemeentelijke zonkenvullers. Neemt iemand hen in de maling?

Niks hoor, zo hoort het nu eenmaal. Een zonk wordt bewerkstelligd door onzichtbare krachten en plotselinge stromingen.

Een zonk heet ook wel een zink of een zenk, maar die aanduidingen zijn toch minder. ‘Zonk’ doet meer recht aan het geluid van inploppend zand.

Een beetje zonk slokt een paar straatstenen of stoeptegels op en herinnert ons stadsmensen er aan dat wij over kunstmatige bodembedekking lopen.

Vandaag vind ik ‘zonk’ het mooiste woord in de Nederlandse taal. “Maar ‘struweel’ dan?” sputtert de huisdichteres tegen. “Wat ritselt daar in het struweel?”

Ze kan me wat. Dat haalt het niet bij ‘Wat ritselt daar in de zonk?’

 

5 reacties op “Zonk”

  1. Ja, ik snap dat wel! Ik heb dat niet met zonken (het gaat zo tussen je sok en schoen zitten en vervolgens tussen je tenen) maar weer wel met grind. Grind zijn kleine stenen waarin je de structuren nog herkennen kan van gigantische rotsformaties. Daar kik ik op, die eeuwigheidskenmerken. Misschien ben ik wel meer een terugkijker dan vooruitkijker. Hoewel…wat ik veel tegen kom is een blom. Daar hou ik nog het meest van: blommen tegenkomen. Je hebt mooie of grappige en soms allebei tegelijk, niet te vergeten blommen die heel veel blom zijn. Als ik een blom tegenkom gebeurd er iets in mij, ik raak opgetogen en dat vind ik nou weer zo’n mooi woord; opgetogen. Dat is namelijk nog een hele kunst, maar niet als je een blom tegen komt dan gaat het vanzelf! Laatst kwam ik weer een blom tegen en raakte pardoes opgetogen. Laat die blom nu ook mij tegenkomen…daar schrok ik toch wel even van…

  2. Deze ervaring wil ik je niet onthouden: Vandaag naar Den Haag gereisd en terug om een muziekstandaard te gaan kopen. Voor mij bijzonder want ik kom niet vaak Haarlem uit. Heen in een auto, terug in de trein. N.a.v. bovenstaand stukje ‘Zonk’ was ik er natuurlijk erg gespinst op om ook een zonk tegen te komen. Nu kwam ik veel werken tegen, stenen, hout en ook wegwerken maar geen zonk. Wel zag ik veel zand in BigBags. En dat zijn geen zonken. Erg handig zo’n BigBag, je tilt hem zo van een vrachtwagen en zet hem op de klus zonder dat de daar naast liggende stenen of voetpaden verzanden. Maar wel vervelend als je zonkliefhebber bent. En ook als je iets met het Ampzinggenootschap hebt: waarom zit dat zand niet gewoon in een grote zak? Toen ik langs Schous liep kreeg ik een ingeving en ging naar binnen, vroeg of ze misschien ook een ‘grote zak’ verkochten. “Nee” , zei de verkoper, “die zijn er al genoeg”. Waarna hij lachte. Vandaar dus ‘BigBags’?

  3. Ja, de snedige verkoper! De kassajuffrouw bij Parnassia, toen ik vroeg waarom er één grote kroket lag naast een stel hele kleintjes: “Die kleintjes zijn vegetarisch.” Om na mijn bevreemde blik te vervolgen: “Daar laten ze het vlees uit.”
    Zo zit dat dus.

  4. Vandaag een blinde zien schaken – die gebruikt een schaakbord met maar liefst 32 zonken!

    @Cees: Wat heeft een Haagse muziekstandaard dat een Haarlemse niet heeft?

  5. De verkoopster? Ze was inderdaad heel leuk! Maar het ging om een forse beukenhouten ding (marktplaats.nl) waar nu een mooi zwaar boek op ligt … mooi te zijn.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *