Zo tegen het eind van de verkiezingsstrijd worden de jongens van de mannen gescheiden. Ik beken het tot mijn schande: de politieke redactie van het RaDa trok het even niet meer gisteravond – de nare, natte fietstocht naar de Lichtfabriek, gevolgd door een onderdompeling in de PvdA-claque.
Nee, dan Frits Abrahams. De geharde NRC-veteraan begaf zich (getuige zijn fijne column van vandaag) samen met eega op het ‘spookachtige fabrieksterrein’, ‘in het stikdonker, waar kuilen vol regenwater schaterlachend op onze enkels wachtten’.
“Nog 48 uur en 55 minuten, dan is het voorbij”, tekende Abrahams op uit de mond van Bos.
Inmiddels kan daar weer een etmaal van af, maar desondanks… Er lijkt geen eind aan te komen. ‘Het Lijntrekkersdebat’, verlas ik me zojuist in de VPRO-gids. Zo langzamerhand snak ik op TV naar onverdoofde confrontaties, bloedvlekken op de revers en af en toe een glimlach die meer is dan alleen cosmetisch.
Jammer dat ik niet op mijn oude tandarts kan stemmen, in wiens spreekkamer zo’n dertig jaar lang, tot zijn pensioen, deze bruut eerlijke gravure hing. ‘Il Cavadenti’. De smoelensmid, vertaalde ik het altijd.
Net terug van de smoelensmid, vergeefs omgereden naar de nieuwe Kerk om te stemmen, het stemburo is daar niet meer, zit ik ontstemd maar het RaDa te lezen voor een laatste hint, advies. De Lichtfabriek vergeten en het lijsttrekkersdebat niet gezien omdat de luiken dicht gingen,ik ben maar een stemmer van niks. Maar ik ben het eens; het word tijd dat het voorbij is! Nu dan zwevend naar de Bieb.