De taxi-oorlog op Texel gaat (als ik het tenminste goed begreep, Harrie) tussen de streng geuniformeerden en de boordloze alto’s, maar sedert een nimmer opgehelderd gevalletje van zinloos claxonneren in 1965 is op het eiland van krijgshandelingen geen sprake meer geweest.
Behalve met de ene chauffeur die ons dit vertelde en de juffrouw die de eierdopjes en de koffie op de ontbijttafel zette, spraken wij daar vier dagen met niemand, tot tevredenheid van alle partijen. We bladerden wat door de catalogus van de makelaars en rekenden ons arm; we lazen en luierden en wandelden; we keken naar de witte sokjes die de ooien hadden klaargehangen voor de lammetjes. Hele kuddes leken voor dit weekend uitgerekend en dat was niet de enige reden dat we langer hadden willen blijven.
Aan de andere kant van het Marsdiep begon gelijk de hectiek. In Den Helder zochten we een verkoper van het Straatjournaal; de huisdichteres debuteert deze maand als cover-girl, moeten jullie weten. Thuis was ons oude plafond weg (en vervangen door een nieuw, dat weer wel, en héél veel stof). Toen ik de RaDa-comp aanzette om te kijken hoe het met jullie ging, zei die ‘plf’ en ‘knorp’ en ‘frutterfr’ (bis). Na het resetten bracht hij het tot ‘grmml, grmm, grr, g…g, gr’. Na een korte, aangrijpende doodstrijd was het RIP voor mijn PC.
Met een plichtsbetrachting waar menige harde schijf een voorbeeld aan kan nemen, sloeg ik vervolgens (door mijn tranen en gevloek heen) Grote Broer het HD open. Toen werd het me echt te machtig. Maaike (19, studente hbo facility manager) is uitverkoren tot cheerleader bij de Amsterdam Admirals, jawel!!!! ‘Gestoken in een pakje en gewapend met pompoenen mag ze samen met de andere 27 meiden het publiek in de juiste stemming brengen.’
Gewapend met pompoenen… Laat Maaike de taxichauffeurs maar niet op ideeën brengen. Een salvo pompoenen op je motorkap, dat kan aankomen!
Nou, ik vind het goed zo, voor een eerste keer. Ik neem nog een glaasje juttersbitter om het af te leren en vanaf maandag volg ik alle zaken Haarlems weer op de voet.
.
Probeer ook eens een Schelvispekeltje (een zwaar onderschat maar allerlekkerst borreltje).
Ooit bestelde ik, lang geleden, op een Amsterdams terras een schelvispekel. De dienstdoende ober antwoorde met de historische woorden: ‘Sorry meneer. Voor eten moet U binnen zijn’
Het is tussen mij en die ober nooit meer goed gekomen.
‘Neither here nor there’, maar ik moest denken aan een Engelsman die Beerenburg definieerde als ‘liquid Fisherman’s Friend’.
Voor de hele babyboom zijn er genoeg sokjes zo te zien. En nog stralend wil ook.
uh… het streepje van de t viel weg.