Ga naar de inhoud

Tijdreizen

Wat was dat ineens de afgelopen week? Beleidsmakers lokaal en interlokaal katapultten ons de toekomst in – alsof het daar ineens hartstikke LEUK zou zijn. Volgens de Structuurvisie Randstad 2040 moet het verlepte Groene Hart van Nederland bij het GFT-afval worden gezet en vervangen door een Groen Blauwe Delta: hoogbouw, recreatieplassen, een half miljoen nieuwe woningen, me-tro-po-li-ta-ne stadsparken – en dat alles achter verhoogde dijken, die ons op aanbeveling van weer een andere Commissie minstens tot de 22e eeuw moeten beschermen tegen de zeespiegelstijging en tropische stormen.

Ook de gemeente Haarlem durft (nu het nieuwe fietsbruggetje*** over de Kinderhuissingel na anderhalf jaar juridisch gesteggel vrijwel gereed is) GROOT te denken en ver, héél ver vooruit te kijken. Wethouder Maarten Divendal bestelde alvast een futuristische vuilniswagen en weten jullie wat? Uiterlijk in 2030 (nog 8000 nachtjes slapen!) moet Haarlem een klimaatneutrale stad zijn!

Klimaatneutraal! Dan kunnen we drinken uit de Leidsevaart en een KARA-patiënt die zijn inhalator is vergeten kan achter de uitlaat van iedere willekeurige Connexxionbus een pufje nemen. De gemeente geeft zelf het goede voorbeeld: díe is al klimaatneutraal in 2020 (nog 4000 nachtjes slapen!) – dan wekt iedere ambtenaar die een nota schrijft zijn eigen groene stroom op met een speciaal toetsenbord en worden bezwaarschriften van omwonenden DUURZAAM zoekgemaakt!

En vergeet de Oudeweg niet, in de Waarderpolder. Dat wordt een stadsavenue. Jazeker, het zou zomaar ineens hard kunnen gaan met de Oudeweg, poneert stadsbouwmeester Max van Aerschot. Er staat al een spekjesfabriek (varkensspekjes – helaas niet van die besuikerde rosegele spekjes, maar wat niet is kan nog komen) en er is een goederenhotel (een ander woord voor opslagboxen). De avenue, nu nog uitsluitend in trek bij verdwaalde honden en wildplassers, krijgt internationale allure, zegt Van Aerschot met veel bravoure. Shanghai, Sydney, in die richting moeten we denken over tien jaar. En ik begrijp dat wel: ze bulken bij de gemeente van het zelfvertrouwen nu de aannemer genegen lijkt het fietsbruggetje over de Kinderhuissingel te voltooien.

Terwijl de politici hun luchtkastelen bouwden, leken veel stadgenoten te vluchten in een suikerzoet verleden. Op de honderdste verjaardag van het Station dromden duizenden liefhebbers samen op de perrons en riskeerden daar een overdosis CO2 in de walm van de stoomtreinen – daar was niets klimaat-neutraals aan. Beroete stokers werden toegejuicht als popidolen; NS-relikwieën vonden grif aftrek, zoals de borden met ‘e pericoloso sporgersi / nicht hinauslehnen / ne pas se pencher au dehors / do not lean out of the window’. Teksten die de burger houvast geven.

Het kan niet op met de nostalgie: De Hallen pieckten: 25.000 bezoekers voor Anton. En voor het meest Anton Pieckerige winkeltje van de stad stromen momenteel de steunbetuigingen binnen. Iedere Haarlemmer die ooit een loopneus of een steenpuist had, hoopt dat Van der Pigge tot in lengte van dagen blijft bestaan, en niet alleen vanwege de duimdrop en trekzalf die ze er verkopen: die winkel is geworden tot een soort verzetsmonument tegen het grootkapitaal en expansiedrift.

Botsingen tussen gekoesterd verleden en gedroomde toekomst, tussen behoudzucht en onvermijdelijke verandering, zijn van alle tijden. Er zijn grenzen en er zijn grensverleggende ambities, en zelden werd die dynamiek zo mooi zichtbaar als op de tentoonstelling van het Noord-Hollands Archief: Haarlem op de Kaart Gezet – een overzicht van de diverse soorten kaarten die sinds 1539 van de stad werden gemaakt.

In 1860 graast er nog vee tussen Huis ter Kleef en het Staten Bolwerk. Vervolgens komt Haarlem steeds krapper in zijn jasje te zitten en laat het college zijn begerig oog vallen op de buurgemeenten. Hoewel die fel tegenstribbelen, bekrachtigde de Tweede Kamer in 1927 de Annexatie: van Heemstede, Bloemendaal en Velsen worden stukken afgeknibbeld; Schoten en Spaarndam worden opgeslokt.

Om deze triomf van de Groothaarlemse Gedachte te vieren laat het college een kaart maken met alle gebiedsuitbreidingen sinds 1100 na Chr.! Met stippeltjes, sterretjes, kruisjes en kriebeltjes staat aangegeven hoe de stad stukje bij beetje is gegroeid. Landjepik! Het geheel heeft veel weg van een militaire stafkaart.

We zijn een schurkenstad, dacht ik tevreden, toen ik ‘m zag.

Die kaart is maar één van de pronkstukken op die tentoonstelling, die ik bij dezen warm wil aanbevelen. In de Bakenesserkerk. Ga ‘m zien, beste luisteraars! Liefst morgen (nog één nachtje slapen!).

 

*** Zie Brug der Zuchten

Voorgelezen op de Broodkast van 10 september

2 reacties op “Tijdreizen”

  1. Tijdreizen tussen grootse plannen en nostalgisch zwelgen. Wat een fraaie column, Marius: prociat. En zo’n stuk dan ook nog laten landen op je weblog op nine eleven! Hoe bespiegelend en to the point.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *