Ga naar de inhoud

Nitwitter

Twitter… hoe zal ik het vriendelijk zeggen? Mijn medium is het niet. Ik ben geen micro-blogger. Doe mij maar een doorwrocht RaDa-stuk, na lang persen onder helse pijnen gebaard, zonder andere verdoving dan een bodempje whiskey. Waarom makkelijk als het moeilijk kan, is altijd mijn motto geweest.

Het wezen van Twitter is daarentegen de flodderigheid en fladderigheid ervan: het vogeltje in het Twitter-logo hipt van tak naar tak, pikt hier een graantje mee, tjilpt, vangt daar een vliegje, pieppiept, ziet andere twitteraars, twittert 120 lettertekens en…

Ach, de wereld is een twitterbol… Voor buitenaardse waarnemers zijn wij  waarschijnlijk die roezemoezige planeet waar niemand ooit zwijgt, dus als sommigen de behoefte voelen al hun gekwek en gesnater ook digitaal te verspreiden… soit / het is hun feestje / het is de aard van het beestje!

Zo dacht ik er tot gisteren over.

Toen las ik in de Spits over het fenomeen fake-twitteraar. Tweede Kamerlid Fleur Agema van de PVV heeft een fake-twitteraar, die per dag een paar nepfleurtjes en nagemaakjes dropt; niemendalletjes over politiek Den Haag, onderonsjes met Geert Wilders, filosofietjes van bedenkelijk allooi over buitenlanders… De provocerende vormgeving van de site bevalt mij niet (die is geleend van het Derde Rijk), maar het idee om zo’n gansje als Agema dagelijks fijn te laten nitwitteren spreekt mij bijzonder aan.

Helaas, ze is al bezet. Maar verder heb ik het voor het uitkiezen: ik kan een Gereputeerde Gedeputeerde van mijn favoriete dichtstbijzijnde provincie laten kwetteren, of het gekwinkeleer van de Haarlemse gemeenteraad imiteren… Het flierefluitende journaille van Grote Broer het HD of anders acht twietjes per dag van Hilde van de (Ambtelijke) Molen… Ik broed er nog even op.

Tot gauw!Tot twitter!

.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *