Een gouden dag voor de lingeriejutters, zei ik toen we bij ons wandelingetje langs het Zandvoortse strand een met zand bestoven zwarte BH langs de vloedlijn zagen liggen en 20 meter verderop een damesslipje dat zich in vreemde bochten had gewrongen, samen met een geraffineerd zwart topje waar nu voor Robijn geen eer meer aan te behalen viel.
Mijn geest was nog maar net begonnen zijn eigen beeldverhaal te breien toen we op een ander kledingstuk stuitten, een stoere, bruine coltrui met uitgelubberde mouwen. Hij lag daar half begraven, stil en onverstoorbaar als een veenlijk.
De trui vormde een setje met een wit nachthemd vlak ernaast. Honderd meter verder lag een onduidelijk zwart kledingaccessoire en het werd definitief een themawandeling bij de verzopen trainingsbroek die we vonden. En zo ging het maar door: naast weer een andere trainingsbroek stond een sportschoen, forsaken, met een witte sok erin gepropt. Beetje luguber toch wel.
Alarm slaan leek nutteloos, er liepen daar zo veel mensen, wij zouden vast de eerste paniekzaaiers zijn. Niettemin, er lag nog het een en ander, verspreid langs onze route: een kloeke, bordeauxrode sport-BH, twee verfrommelde witte spookhemden en na deze trainingsbroek in spagaat dwong de tijd ons rechtsomkeert maken.
Op de terugweg dacht ik er nog eens kalm over na. Dat leverde in het geheel niets op.
Luguber is het juiste woord…
Ach welnee, het is gewoon Afrodite geweest die ‘s nachts, schitterend verlicht door Noctiluca Scintillans, het ruime sop weer eens heeft gekozen met achterlating van heur kledij. Echt, ze doet het erom!
Ik vermoed dat de beheerder van het juttersmuseum (“Mu-zee-um”) wel een antwoord heeft. Ooit was ik daar en vertelde hij mooie verhalen over de herkomst van al het vreemds in zijn vitrines.
Mooie slotzin.
Gekeken hebbend naar deze foto’s zie ik mensen bibberend als een dwergpinscher in hun badgoed – of erger! – naar auto, fiets, bus of trein lopen. Vanwege kleren te dicht bij de vloedlijn gelegd.
@Brigit: Ik ben op zich wel benieuwd naar de kledinglijn van het Juttersmuseum! Voor wie het niet kent: http://www.juttersmuseum.nl/foto.html
Ik moest hier aan denken:
ANSICHTEN AAN DE VLOEDLIJN
Nu bouwt men een sporthal op de plek, waar wij speelden
Ik: Tim Tatoo en jij: indiaan
En we joegen elkander de tientellen-dood in
Ik schrok net, toen ik je, na al die jaren, zag staan
Pissen in de bosjes naast het huis van mijn ouders
Je lijkt op je vader en als je me ziet, zeg je
“Jij bent toch Maarten”, en ik zeg: “He, Fred, hoe gaat het”
Je kunt een dorp wel verbouwen, veel verandert er niet
En ik durf je niet te vragen: “Het was toch jouw opa
Die postbode, die zichzelf dood liep in zee
Ansichten aan de vloedlijn, ze hebben alleen z’n pet gevonden
Toen hebben ze die maar begraven; dat mocht dan van de PTT”
Maar ik roep: “He, ouwe rukker, kom uit die bosjes”
Jij trekt snel je gulp dicht en als je me ziet, zeg je
“Nou had je me Maarten” En ik zeg: “He, Fred, hoe gaat het”
Je kunt een dorp wel verbouwen, veel verandert er niet
Nu loopt er een rondweg over de velden van Quick Boys
En die zijn zelfs een club nu met ons OKB
Op klompen begonnen, rode broekjes, gele shirtjes
En spekkies en zoethout en plastic bekertjes thee
En op de fiets, als je uit moest, had je altijd wind tegen
In een rij door de regen en nu je me ziet, zeg je
“Jij bent toch Neeskens” En ik zeg: “He, Cruyff, hoe gaat het”
Je kunt een dorp wel verbouwen, veel verandert er niet
En ik durf je niet te vragen: “Het was toch jouw opa
Die postbode, die zichzelf dood liep in zee
Zijn lichaam spoelde aan op de hoek bij Den Helder
En jij ging toen niet op schoolreisje mee”
Maar ik roep: “He ouwe rukker” en jij trekt snel je gulp dicht
Je stapt uit de bosjes, indiaan, OKB
En je pet en je tas om: “Ga je op bezoek bij je ouders, jongen”, vraag je
“Neem jij dan even de post voor ze mee”…
Tekst: J.P. Rawie, muziek: M.v.Roozendaal