Ga naar de inhoud

Pizza’s in de nacht

‘Ik houd van pizza’s in de nacht…’

Deze dichtregel van een leerling werd door de huisdichteres geciteerd in haar juryrapport bij de sprankelende poëzieavond van het Stedelijk Gymnasium, afgelopen vrijdag. Mooi, dacht ik, beat that, maar ik hoefde niet lang te wachten.

Bij de nazit introduceerde een extreem vitale pensionada, zelf dichteres en oud-docente Nederlands van de school, haar zoveelste krokante anecdote terloops (nee, niet eens quasi-terloops!) met: “Ik heb een moeder van honderdtwee en…”

Ik drukte op de pauzeknop, fixeerde die zin.

“Mooiste zin van een mooie avond”, zei ik en voor het geval hij haar ontgaan was, herhaalde ik hem. “Ik heb een moeder van honderdtwee…”

Ik wilde er meteen een carnavalsschlager mee schrijven, of ‘m gebruiken als eerste zin van een moderne zedenschets of zorgcentrumballade. Hoeveel mensen is het gegeven zo’n zin zo onbekommerd uit te spreken? (Al moet ik zeggen, ik ben nog in de race: mijn eigen moeder is 83 en klaagt nu dat je na je tachtigste soms zomaar, zonder aanwijsbare reden, een dag wat minder  energie hebt… Als ik zeg dat normale mensen dat al sinds hun puberteit hebben, kijkt ze me ongelovig aan.)

Nog even over station Spaarnwoude: het biljet met de expressieve Frans Hals is af. Vanmiddag zag het IKEA-schap er zo uit. Strak, hè?

 

3 reacties op “Pizza’s in de nacht”

  1. @Z: Er stond een niet onappetijtelijke kerel die afbeelding te schilderen. Misschien een ex met een geheime boodschap aan jou…?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *