Ga naar de inhoud

Verveling

Je voetbalploeg ‘Die Toordokters’ (De Toverdokters) noemen bij een WK-spel is natuurlijk de pechduivels en blessuredemonen verzoeken: Buffon werd herniapatiënt, de dijbeenspieren van Samuel trokken het na twee wedstrijden niet meer en bij Deco schoot het in zijn heup.

Als Kaka dan nog een rode kaart krijgt aangesmeerd, zullen jullie begrijpen dat deze ‘afrigter’ ergens onder de rode streep bungelt bij Sokkerploegbaas (in 2008 Zweitausendundachteuropameisterschaftmannschaftsmanager).

Twee complimentjes wil ik mijzelf ondanks dit fiasco wel geven: in mijn basiself stond geen Fransman en geen Rooney.

Rooney was vier wedstrijden lang nergens, zoals door mij voorzien. Het wilde niet. Hij had het niet. De BBC-commentatoren die hem zagen draven met zijn van frustratie lilac aangelopen hoofd, vroegen zich wanhopig af wat er aan schortte bij Wayne. Ik had een sterk vermoeden.

Boredom.

Verteerd door verveling. Aangetast. Door vier weken trainingskamp onder het régime van Capello: ontbijt – trainen – lunch – rusten – trainen – eten- tv-kijken – slapen. Daar kan zo’n jongen niet tegen. Die moet af en toe uit de band springen. Naar de pub, knokken, 160 km/uur rijden in de bebouwde kom. In een interview met The Guardiangaf Rooney onlangs zelf toe dat hij zich tijdens zo’n voorbereiding vaak geen raad weet van verveling

Ruilen met Rooney is nooit een diepgekoesterde wens van me geweest (nou, vooruit, misschien twee minuten om in een vol stadion een bal in de kruising te peren), maar toen ik dat las had ik even met hem te doen. Je zal er maar mee kampen, verveling als nooit slapende vijand. (In 2006 maakte Rooney, op zoek naar spanning, £700.000 gokschulden.)

Ik had er nooit zo bij stilgestaan, maar nu voelde ik me bevoorrecht: afgezien van een uurtje bij een nascholingscursus of een lezing, verveel ik me eigenlijk nooit.

Ben ik een uitzondering met mijn immuniteit? Zijn er landelijke cijfers? Moet je erfelijke aanleg hebben? Neemt het verschijnsel verveling de laatste jaren toe? Ik beloof, dat ga ik allemaal voor jullie uitzoeken zodra ik niks te doen heb.

.

8 reacties op “Verveling”

  1. Ik zou zelfs verder willen gaan: ik koester mijn verveling. Een dag niet verveeld is een dag niet geleefd.
    Als tegenwicht tegen al dat gejakker, al dat gestreef, en al dat gebereik, is de verveling een heerlijk moment van zinloosheid in een bestaan dat liegt zinvol te zijn.

  2. @ Roberto: De verveling als vriend, dat is natuurlijk weer een heel ander verhaal (de PAVOHOVAHA rules!).

  3. Emilia (7 1/2 jaar)

    Soms verveel ik me. Geen vriendinnetje om mee te spelen; papa en mama willen niet wat ik wil of ze willen iets stoms. Vervelen vind ik niet leuk.
    Ah, daar gaat de deurbel! Wie zal dat zijn? “Ik doe open!”

  4. Mooie bijdrage van @Emilia, 7,5 jaar en nu al foutloos Nederlands, daarbovenop ook nog de juiste interpunctie. Ik doe het haar niet na, een wonderkind op RaDa!

  5. En geplaatst op een tijdstip dat, laten we wel wezen, meisjes van 7xc2xbd al lang in bed horen te liggen, en bovendien, als ze al op zijn, nooit en te nimmer de deur meer open mogen doen!
    (Tenzij Emilia in China woont, natuurlijk)

  6. smeltend ijsje

    Ik kan me ziek vervelen, bv bij het verplicht aanhoren van dom gezwets of vervelende muziek, of bij een nachtje onvrijwillig wakker liggen, bv als ik na mijn vakantie in een slecht doorlucht en snikheet huis kom en het in mijn slaapkamer daardoor loeiheet en benauwd is.

  7. (op samenzweerderige fluistertoon)”dit valt me eigenlijk een beetje tegen van marius. slimme mensen vervelen zich altijd, toch??”

  8. aardbeienijs maar weer

    Inderdaad… Vermaak is met de dommen!!! Marius heeft het stuk dus vast cynisch bedoeld, of… of… nee, dit durf ik fluisterend zelfs niet te zeggen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *