Voor elke lezer breekt dit ongemakkelijke moment om de zoveel tijd aan.
Met alle dilemma’s van dien, bij elk boek weer andere. Ga ik het ooit herlezen? Ga ik het ooit nog lezen? Ga ik het ooit uitlezen? Ga ik het ooit nog begrijpen? Doet het het goed in de kast? En bij de afvallers rijzen vragen als: kan ik er iemand blij mee maken? Waarom heb ik het ooit mooi gevonden? Waarom heb ik het ooit gekocht?
Gewetensvragen zijn het – voor mij althans. Diep in mij schuilt het idee dat er een Letterenhiernamaals bestaat en dat je dan aan de Hemelpoort een boekenlijst moet overleggen aan Petrus en Kees Fens. Een kort, mondeling toelatingsexamen volgt. Weldra blijkt hoe veel ik vergeten ben van de gedichten van George Herbert en John Dryden. Waarom heb ik in 1998 het toneelwerk van Sheridan en Congreve naar de Schalm gebracht? En nee, ik kan niet overtuigend verklaren waarom ik de briefwisseling van Ter Braak en Du Perron wel in vier gebonden deeltjes in mijn kast had staan, maar amper heb ingekeken. Ook aan Balzac niet toegekomen, na één halfslachtige poging in het Frans. Daar had u anders wel ruimschoots de tijd voor, Le Père Goriot stond jarenlang lijdzaam te wachten, klinkt het beschuldigend. En van de Booker Prizewinnaars van de laatste veertig jaar komt u op krap vijftien… Pover, uitermate pover voor een leraar Engels! Verbanning naar de Literaire Hel, luidt het vonnis, met geen andere lectuur dan een onbrandbare editie van het Verzameld Werk van…
Al wikkend en wegend, voelde ik vandaag een vaag ongenoegen opkomen. De vloer was bezaaid: een chaotisch en willekeurig samenraapsel. En wat was er veel kwijt, of gesneuveld bij eerdere selectierondes. Het enige is dat je bij zo’n schifting allerlei onverwachte ontmoetingen hebt, zoals een bibliofiele uitgave van Jean Pierre Rawies sonnet ‘Geluk’:
Je hebt je dagen onbedacht verdaan;
er kwam altijd een nieuwe herfst na deze.
De meesterwerken die je nog moest lezen
kon je wannéer je wilde openslaan.
Je schoof het leven op de lange baan,
want wat er was, zou er ook morgen wezen…
Zo zelfkwelt de dichter nog een paar regels door, met als weinig opbeurende conclusie:
Je nam geboden kansen slecht te baat
en hebt tot slot het minste deel verkoren,
en het geluk komt karig en te laat.
En de stemming was al niet daverend… Na het afstoffen van de planken en het principiële besluit niet te smokkelen door boeken weg te moffelen achter de voorste rij, herplaatste ik de onaantastbare, van oudsher gekoesterde boeken. Daarna begon ik de gaten op te vullen met de tweede garnituur. Wat bleef er nog veel over! Weesboeken, onbemind en soms onbekend. Toen ik al twee kartonnen dozen netjes had gevuld met afdankertjes (bestemming ramsj) lag verspreid over de vloer nog steeds een allegaartje. Wat was dát nou weer? Ah… dat zal wel van de huisdichteres zijn, dat kan naar haar kamer, dacht ik opgelucht, maar ze ontkende alles.
Een fraaie, geannoteerde uitgave van Zhuang Zi , de volledige geschriften. Niks voor mij. Of had ik ‘m nou toch zelf gekocht? Ik staakte mijn frustrerende sorteerwerk en nestelde me op de bank met ‘het grote klassieke boek van het taoïsme’. Ik sloeg het open op een willekeurige pagina en al spoedig las ik:
Laat lijf en ledematen wegvallen,
Spuug uit, je intelligentie,
Vergeet de dingen en hun ordening,
In volledige eenheid met de diepe duisternis,
Bevrijd je hart, laat los je geest,
er is niets meer, ook niet de ziel.
“De tienduizenden dingen, hoe florissant ze ook zijn,
keren alle terug naar waar ze vandaan kwamen.”
Vergeet de dingen en hun ordening? Op de een of andere manier leek het me toepasselijk. Welkom terug in de kast! Dat boek had zichzelf gered.
Geluk komt mijns inziens nooit te laat
en zit soms in een klein (b)hoekje.
Mooi!
Kastopruiming
Boeken, waarvan ooit te scheiden
ooit volstrekt ondenkbaar was,
liggen nu voor een bescheiden
prijsje achter winkelglas.
Dat is sterven: deze gang
naar lommerd, of de kringloop,
staat voor trage ondergang:
uitverkoop van levensloop.
19-2-2009
@Roberto Het is volgens mij lang geleden dat je bij de lommerd boeken kon belenen. Jaren 70? En dan alleen nog dundrukedities van Van Oorschot en dat soort – toen nog – waardevaste werk. Uiteraard zijn er nog steeds zeer kostbare antiquarische boeken, maar ik betwijfel of het personeel van een doorsnee Bank van Lening over expertise op dat terrein beschikt.
Toon mij uw boekenkast
en ik weet wie gij zijt.
Wie zei dat ooit? Anders ik nu wel. En toch vreemd, van de meeste GEKOCHTE boeken weet je nog wanneer en waar, van de meeste GEKREGEN boeken vaak niet eens meer van wie. Tenzij dat op het schutblad staat. Maar, Marius, de Groote Vraagh: ondanks het stug blijven ontkennen van het e- book door Boekhandel De Vries (nee meneer, wij verkopen geen e-readers, we zouden wel gek zijn…) vrees ik toch dat we over zeg 10 jaar een boekenkast, net als een platenkast of cd rek, beschouwen zoals een kind van nu een tv met een veeg beweging probeert over te halen tot een kanaalwisseling. Wat de fok is dit?
Ook hier ten huize wachten De volledige geschriften van Zhuang Zi tot ze dan eindelijk gelezen worden, zij het niet in een boekenkast maar in een van de hoge stapels op de slaapkamer. Ik was indertijd erg gecharmeerd van het tv-optreden van vertaler/bezorger/taoïst Kristofer Schipper op de zondagochtend en kon het boek vervolgens niet bij (toen nog) De Slegte in de etalage laten liggen. Ik zal maar geen diepere betekenis gaan zoeken achter het gebruik van de luisterboekeditie als illustratie.
@Jan Willem: nee, dat lijkt me een straf, om daar naar te luisteren! (Ik laat het plaatje maar zo)
@Ingenieur: Als ik ‘s ochtends beneden kwam en in de lege boekenkast zou een e-reader ligger met een briefje met ‘we hebben al uw boeken voor u gedigitaliseerd’ zou ik ondanks de ruimtewinst toch niet blij zijn. Ik heb wel een e-reader trouwens en gebruik ‘m ook regelmatig.
@Roberto: dank, dank! (het woord Rawiewaardig kwam bij me op…)
@Harrie: Misschien tot binnenkort, met kartonnen dozen?