Bij de Turkse groenteman/supermarkt op de hoek van Cronjéstraat en Schoterweg zag ik een mij onbekende vrucht liggen. Zo groot als een abrikoos, ook ongeveer dezelfde kleur, maar het velletje was niet fluwelig. “Een mispel”, zei de productvoorlichter /man achter de kassa. Ik maakte een paar rotgrapjes en deed zes mispels in het mandje.
Maar je hebt mispels en mispels, bleek thuis. De mispel die hier sinds de middeleeuwen wordt gegeten, rijpt in oktober en wordt pas eetbaar na de eerste nachtvorst. ‘De vrucht wordt ‘beurs’, waarbij de kleur via een fermentatieproces, het bletten, verandert van groen/wit naar donkerbruin en de smaak zoet weeïg wordt’, weet Wikipedia. Een ongerotte mispel is niet te vreten, daar komt het op neer.
(‘Bletten’ – zo’n woord had toch ingeburgerd moeten raken! ‘Die moet eerst nog wat bletten’, gezegd over een onervaren iemand met naieve, weinig praktische ideeën)
Wat ik had was een Japanse mispel, of loquat, waarover later meer. Eerst nog even over de ‘inheemse’ soort (Mespilus germanica). Een Engels blog voor ‘foragers’ (natuurschranzers, zeg maar) betreurt de preutse naamgeving van de mispel. ‘Medlar’ hebben de Engelsen geleend van het Franse ‘medler’ (fruitboom); een gemiste kans, want de Fransen kennen ook het beeldende Cul-de-Chien.
Het hondensterretje! En het Oud Engels had dezelfde anale associatie: ‘Openærs’
Nee, daarnaast is de Japanse mispel een toonbeeld van kuisheid en blozende onschuld.
In een week waarin op TV veel krabben worden gesloopt en gekookt (eerst bij DWDD en gisteren zag ik als ik het wel heb, hoe Wouter Klootwijk er een met schild en al verslond) was het een waar sensueel plezier om zo’n niet tegenstribbelende loquat soepel uit zijn velletje te helpen. De smaak is heerlijk fris, niet zuur; het vruchtvlees doet aan abrikoos denken, maar minder dradig. Verrukkelijk! Eerst de kweepeer en nu dit weer. Ik eindig nog eens als fruitariër…
En dan had ik het vandaag ook nog over verse bielzen willen hebben – nee, niet de eetbare soort. Gewoon Prorail. Afijn, misschien is 4 mei daar ook niet de beste dag voor. En er is veel te doen. De huisdichteres treedt drie keer op: eerst in de zeer bezienswaardige Venetiaanse Kamer van Julia Henneman (rond 14 uur), in het Jan en Piet Museum bij de eendagstentoonstelling Wir haben es gewusst, bij café Koops als entr’acte van Moon Garden (met Suzanne Groot, tussen 17 en 19 uur). Waar ik ook naar uitkijk: Gerrie Hondius gaat zandtekenen bij het Herdenkingsconcert in de Hout. Met het Kennemer Jeugdorkest!
Laatst hoorde ik een voor vele Haarlemmers gruwelijk bericht, een belediging voor ieder welluidend Haarlems oor: de uitspraak van de naam van de gerespecteerde én verguisde Afrikaner generaal schijnt in Zuid Afrika zelf te luiden: “Cronje”, Cronjuh dus. De rillingen lopen over de rug als ik het schrijf.