‘Geef de jongens nog een rondje van me’, kon je vroeger gul roepen in het café en en dan stond er even later een blaadje bier voor je neus. Heineken of Amstel en iedereen blij. Zo simpel is het allang niet meer. De kastelein vervoegt zich aan de gelagtafel en neemt plechtig de afzonderlijke bestellingen op – die als je pech hebt vergezeld gaan van een individueel consult / persoonlijk lifestyle-advies / topografische wetenswaardigheden.
‘Eén Affligem Blond…. één Averbode abdijbier… één Grottenbier – dat is hoge gisting, hè? Dan toch maar liever een Nondedju? Meneer weet dat we het dan wel hebben over 10,7%? Dat moet ik er voor mijn geweten wel even bij zeggen… denkt u er even rustig over na, neem ik ondertussen eerst even de anderen op. Nog een Kriek, nog een Kwak… Twee Skuumkoppen. Op de wisseltap hebben we trouwens Neumarkter Lammsbräu Urstoff, had ik verzuimd te vertellen. Neumarkt ligt iets ten zuidoosten van Neurenberg. Die toch maar doen voor u in plaats van de Affligem…? Bier van het seizoen? Goed dat u het vraagt! Dat is momenteel nog Nisseøl, een winterbiertje uit Jutland dat door de Vikingen vooral rond Kerst wordt gedronken. Nee, helaas, de Kwibus Donker is uit het assortiment.’
Het risico van dehydratie is niet denkbeeldig bij dit soort avondvullende groepsbestellingen. Gelukkig is de kentering hier ter stede in zicht. Eigen vat eerst! In het Haarlems Dagblad mocht Robbert Uyleman van brouwerij Het Uiltje vandaag zijn nieuwste alcoholische creatie aankondigen: 023. Ik citeer de trotse jonge vader: ‘In Haarlem hebben we nog geen biertje alleen voor de Haarlemmers, daarom ben ik een 023-biertje gaan maken. Bij het Haarlem-gevoel hoort een biertje dat alleen in Haarlem verkrijgbaar is.’
Je drinkt 023 als je een Haarlemmer bent! Op straffe van levenslange verbanning uit onze stad! Voortaan is bestellen ouderwets eenvoudig: “Mag ik nog acht nul-twee-drie?”
Uyleman heeft hoge verwachtingen van de lokale dorst en het dito chauvinisme. De komende maanden verhuist de productie naar de Waarderpolder, dan kan hij 3200 flessen per uur vullen.
Hoewel het 023-bier dus niet voor export bestemd is, luidt de aanprijzing ‘nul-twee-drie crafty beer’. Als ik even mag frikken: ‘craft beer’ is het Engelse equivalent van ‘ambachtelijk bier’. Maar ‘crafty?’ Dat betekent zoiets als ‘gluiperig, geniepig, achterbaks.’
Vroeger kon je ook een rondje bier bestellen zonder eerst te kijken of je salaris al gestort was.
Misschien is ‘crafty’ in dit geval toch het goeie woord.
Ik ben even naar de website van de brouwerij gegaan. Het geheel ziet eruit als één grote oefening in marketing van een bedenkelijk soort. Het is allemaal ontzettend jolig, met als dieptepunt een bier (ik haat het woord ‘biertje’; dan denk ik direct aan die rommel van Heineken) dat ‘Even lekker met je bek in het zonnetje’ heet. Zo’n naam combineert dan weer lastig met het gegeven dat de hele site het Engels als voertaal hanteert. Men verkoopt niet alleen bier. Ook aan ‘got the t-shirt’ is gedacht.
Maar goed. Ik ben al bijna twee-en-zestig en drink al hoge gisting sinds de jaren zeventig. Toen kwam dat vrijwel exclusief uit België. Maar nu is ambachtelijk bier ontdekt door hipsters. Eerst in Amerika. Terecht overigens, want tot voor een jaar of tien was het Amerikaanse bier met voorsprong het slechtste ter wereld.
En omdat alles wat in Amerika ‘hot’ is, dat na een paar jaar ook in Nederland is, worden we nu hier ook overspoeld door bier van kleine brouwerijen, dat nu ineens ‘craftbeer’ heet.
Er zijn zoveel brouwerijen en bieren dat het niet kan missen of binnen een jaar of vijf wordt de markt opnieuw opgeschud en zijn 80% van die brouwerijen weer verdwenen. Hoewel ik ook moet zeggen dat er soms verbazingwekkend goed spul tussen zit, waarvan het jammer zou zijn als het weer verdween.
Evenals Sloos verbaas ik me over de prijzen die worden gehanteerd. Voor wie is dit bier bedoeld? Wij ouwe zakken zijn de enigen die het kunnen betalen, geloof ik. Of doet de jeugd tegenwoordig de hele avond over één flesje bier en slikt men voor de rest pillen?
Ja, de wereld loopt ècht op me uit. Ik associeerde ambachtelijk bier altijd met rustig genieten en niet met schreeuwerig gedoe. Ik snap het niet helemaal meer, geloof ik.