Gepubliceerd in Straatjournaal april ‘16
Voor Noord-Hollanders aan beide oevers van het Noordzeekanaal breken negen van onzekerheid zwangere maanden aan. Op 15 april sluit Rijkswaterstaat de bijna 60 jaar oude Velsertunnel voor een grondige opknapbeurt. De karakteristieke ventilatietorens, bijgenaamd de Hyacinten, blijven fier overeind, zoveel staat vast. Maar verder? Tienduizenden IJmonders leven tussen hoop en vrees.
.
In theorie zou het ook na 15 april nog steeds mogelijk moeten zijn om de overzijde van het Noordzeekanaal te bereiken. Maar vraag het de man op straat of in de file en je bespeurt angst en beklemming. Neem een geharde forens als Kor Scharnaal: 130 kilo schoon aan de haak, praktiserend kettingroker, geheel overwoekerd door grimmige tattoos en afkomstig uit een oud, onwelriekend Egmonds vissersgeslacht. Scharnaal krijgt het prompt te kwaad als hem wordt gevraagd hoe hij aankijkt tegen de tunnelloze periode. Zijn verweerde, zwart geteerde onderlip beeft.
“Ja, je weet dat er geen ontkomen aan is, maar toch… Ik vrees complete chaos. Een verkeersinfarct zonder weerga, zodat de hele bliksemse boel vast staat in de regio Heerhugowaard, Zaandam, Zandvoort en Hilversum. Ga maar na, er gaan per dag 65.000 auto’s door die tunnel, 65.000 en die moeten nu…” Zijn stem breekt. Weldra herpakt Kor zich. “Voor mijzelf ben ik niet bang, ik kan veel hebben. Maar ik vind het vooral erg voor mijn gezin. Die kleine jongen van me is amper zes. Ik probeer hem echt voor te bereiden, hoor, dan laat ik de achterbak zien. Kijk, Remco, papa’s EHBO-trommel, astronautenvoedsel, waterzuiveringspillen, pikhouweel, revolver en Drum. Aan de voorzorgsmaatregelen zal het niet liggen, maar dat kan je zo’n kind niet uitleggen.”
Kor krijgt bijval van zijn gabber Brado Platje, ex-gedetineerde, die op werkdagen met zijn Toyota Land Cruiser heen en weer pendelt tussen Beverwijk en IJmuiden, waar hij iets onduidelijks doet tussen verroeste zeecontainers. “Voor zo’n duffe, modale pennenlikker maakt het niet zoveel uit hoe laat hij zijn prikklok induwt. Maar míjn leven staat straks compleet op zijn kop. In de narcoticabranche móet je op elkaar aan kunnen – ik bedoel, als ik mijn handelspartners vijf minuten misloop, kan dat het verschil betekenen tussen een geslaagde miljoenendeal en een gesprek op het bureau. Vat je ‘m? Daarom zit deze erkende topdyslect nu avonden aaneen bloedig te blokken op alle verkeersknooppunten tussen Den Helder en Gouda. “Zo zo, doe je bijscholing, Brado?” sart mijn vrouw dan. Nog zoiets, alle vluchtroutes zijn straks anders. Eén keerlus of calamiteitsboog gemist en ik loop in een fuik. Back to the bajes. Heb je die oefenfilmpjes trouwens gezien van Rijkswaterstaat? Best wel gelikt! Flight Simulator, maar dan tussen de vangrails.”
Gelukkig ziet niet iedereen het donker in. Startende ondernemers zien kansen, juist als het zwartste scenario uitkomt. Als straks gestrande automobilisten in hun wanhoop de drassige polder in vluchten zal daar in elk geval noodopvang zijn. Jeltje Karnkoren, gesjeesde boerendochter uit Assendelft, heeft zwaar geïnvesteerd in alles wat onder die omstandigheden van pas kan komen en is bereid dat tegen woekerprijzen te verkopen. “Denk aan aanmaakblokjes, huisgemaakte deodorant, kaplaarzen, katenspek, kersenbrandewijn en filelectuur. Ik heb een PIN-apparaat, dus afrekenen is geen probleem. Voor hand- en spandiensten ben ik ook te porren, als boerendochter ben je van veel markten thuis. Denk aan de auto stofzuigen of tangbevallingen. Aan de Kanaaldijk heb ik een vloot waterfietsen klaarliggen voor verhuur en wat dacht je van mensensmokkel? Gouden business – ik ken hier iedere greppel en graspol. Groepen voetgangers kan ik blind door die afgesloten buizen loodsen. Leve de gezinshereniging! Misschien ben ik wel de enige, maar voor deze dame is er licht aan het eind van de Tunnel.”
Mooi opgetekend Marius! Vooral mevrouw Karnkoren uit Assendelft getuigt van tunnelvisie.