Ik reed vanaf de Verspronckweg de Jan Steenstraat in. Halverwege speelden drie kinderen en een racende pizzakoerier toeterde nodeloos lang en hard.
Toen ik het groepje naderde, stonden ze nog verstijfd op de stoep. “Zo’n man heet een debiel,” onderrichtte ik ze in het voorbijgaan. “Ga maar weer fijn spelen.” Ik had dus al enige lichte verkeersergernis opgelopen, toen bij de kruising met de Santpoorterstraat een zwarte auto de bocht linksaf dermate scherp nam dat ik van schrik in de remmen kneep en ontzet de handen hief naar de onzichtbare bestuurder.
Aan de rembekrachtiging schortte niks. Twee meter achter mij stond het gevaarte al stil, en ging in de achteruit. Het was even spannend toen het raam open schoof. Een kickbokser, een schietgrage man met een schietklare Luger, een vliegende teckel die het gemunt had op mijn halsslagader?
“Wat moet je nou, mafketel?” Een blanke vrouw van een jaar of veertig met een nijdige, zwarte knot en blikkerende zwarte ogen bestookte mij met al haar venijn. In een plat accent. Achter haar in het halfduister zat op de achterbank een kaarsrecht kindje. Nou ja, beter dan twee lijfwachten.
“Misschien kunt u voortaan normáál rijden?” (Er was geen gelegenheid meer dit terug te nemen, ook al had ik me sinds Ruttes advertentie heilig voorgenomen dat ‘normaal’ nooit meer te gebruiken.)
“Ach, seik niet zo, kerel!”
“U scheurt op twee wielen door de bocht.” (Een hyperbooltje voor het goede doel)
“Rot toch op, man!” Het bleken haar afscheidswoorden, het raampje schoof omhoog – was ze teleurgesteld dat er niks te matten viel? Aan de uitlaatgassen te zien had ze nog niet al haar agressie verschoten.
De laatste meters naar huis piekerde ik of het woord ‘schellebel’ nou echt bestond of dat ik het zelf had verzonnen als variant op lellebel.
De huisdichteres wist het evenwel direct. Nee, ‘schellebelle’, dat komt uit Kunt u Breukelen? Van Justus van Oel. Erg grappig boekje.
.
P.S. in de zijbalk kun je je abonneren op het RaDa – je krijgt dan een emailbericht zodra er een nieuw stukje is verschenen.
Het was mij al eerder opgevallen, ook op het gebied van de asociale verkeershufter is de emancipatie voltooid.
Om precies te zijn: ‘Schellebelle’: Het meisje dat onwaarschijnlijk mooi was, tot het moment dat ze begon te praten’. Staat tussen ‘Schalkhaar’ : De zone waarin het verschil tussen schaamhaar en buikhaar niet duidelijk is’ (p.111) en ‘Scherpenzeel’: ‘De zelfkennis, glashelder tot in het kleinste detail, die ontstaat door te veel drinken’. (p.112)