We schuifelden loom langs de Schotersingel toen langs het water bij het Dolhuys een vrouw van verre vroeg of ik even kon helpen met ‘de honden’. Het waren er twee, hun riemen verstrengeld.
Ik zegde direct mijn belangeloze medewerking toe, al wist ik nog niet waaraan. “Die van mij is loops en van deze zie ik het baasje niet. Kunt u die even tegenhouden?” Die loopse van haar was de modaalste standaardhond die je je kunt voorstellen. Zo’n bruine hond als een kind tekent. En het mannetje was wel héél erg een mannetje: een donkere buldog, met het figuur en de afmetingen van een opgerolde slaapzak. Gelukkig zat hij verpakt in een stevig tuigje met een handvat op de rug, dat ik (galant!) vastgreep.
De vrouw ontwarde de riemen en liep naar een bankje met de veronderstelde eigenaar van de buldog. Ondertussen stond ik daar met die krachtpatser. Het woord testosteronbom kwam bij me op. Hij trok uit alle macht, 100% voortplantingsdrift. Mij keurde hij geen blik waardig, al zijn zintuigen hadden zich gehecht aan het zich verwijderende teefje.
Mijn houding was zacht gezegd ongemakkelijk. Ik helde schuin achterover om dat drieste, laag-bij-de-grondse beest in bedwang te houden, waarbij ik er rekening mee hield dat hij zich uit frustratie plotseling tegen mij kon keren en derhalve met mijn linkerbeen zoveel mogelijk afstand hield. Hernia, spit en schouderontwrichting dreigden. In plaats daarvan verrekte ik iets in mijn knie.
Ik bleef op mijn post. De bankzitter bleek niet de eigenaar. Na verloop van tijd keerde de vrouw terug met een engelachtig meisje van een jaar of twaalf met lang blond haar – in alles het tegenovergestelde van die buldog. Het woord ‘loops’ zei haar duidelijk niet veel, maar ze ballette soepel op ons af en bevestigde de riem. De vrouw bedankte mij en liep weg met haar eigen dier. Er kwamen nog twee soortgelijke meisje aanzwieren. “Hij mag best los, hoor!” joelde er een. En los was hij.
En weg spoot hij. De vijftig meter naar het teefje van zijn dromen legde hij af alsof hij was gelanceerd via een monorail. Ik masseerde mijn knie en voelde me niet geroepen tot een nieuwe interventie.
.
.
P.S. Ik heb helaas (ik had mijn handen vol) geen foto van het voorval. Wel deze slogan van de firma De Vries, die mij erg bevalt. Zo een die de jongens zelf aan de stamtafel hebben bedacht. En met een beetje goede wil is hij van toepassing op de buldog.
Paars P.S. : in de zijbalk kun je je abonneren op het RaDa – je krijgt dan een emailbericht zodra er een nieuw stukje is verschenen. EN ik zit (in ieder geval de komende maanden) op Facebook
@O’geer: altijd fijn, een medestander!
@Julia: De zoon van Thomése is ‘in het boek bezig’, een maand na verschijning. De belangstelling van de jongste generaties voor voorgaande generaties laat zich niet dwingen. Maar kan zomaar opflakkeren. Ben benieuwd waar je project je brengt!
‘Bestijg nimmer een loopse teef
zonder uw valies met preservatief’.
Wat er toch allemaal gebeurt daar in Haarlem…. En het is goed afgelopen. Want er gebeuren met enige regelmaat tamelijk gruwelijke ongelukken, met die testosteronbommen met het figuur van een opgerolde slaapzak. Niettemin, sterk verhaal Marius. Met een open einde! Want de cyclus begon opnieuw, krijg ik de indruk.