Het zal jullie ook zijn opgevallen, er heerst een nieuw soort stilte. Af en toe een droog, onderdrukt kuchen drie huizen verderop of het zacht ruisen van de beademingsapparatuur op verre IC’s, maar dan heb je het wel gehad qua straatrumoer.
Een déjà lu, trouwe RaDa-lezer? Dat kan kloppen, want ik schreef het op 30 maart. Een alinea die hard aan revisie toe is. Zoiets:
Het zal jullie ook zijn opgevallen, er heerst een nieuw soort tyfusherrie. Ander rijgedrag: het constant accelereren en afremmen van boliden en minderboliden die voor het eerst sinds de eeuwwisseling meer dan 25 meter vrij asfalt voor zich zien. En dat versterkt door het gebrul in de wijde omgeving van optrekkende 500 cc-motoren, met in hun slipstream nijdige zwermen opgevoerde scooters en andere gefrustreerde knetteraars.
Is het echt zo of komt het door het contrast met eind maart? Door de openstaande ramen? Wordt mijn gehoor scherper? Lijd ik aan beginnende misofonie? Oh nee, dat is een overreactie op zachte geluiden, vaak lichaamsgeproduceerd, zoals gesnuif door neusharen of het knappen van selderijstengels tussen malende kaken. De patiënt ontwikkelt daarvoor een zogenaamd ‘hyperfocus’. Dat laatste komt me bekend voor – maar dan met motorisch lawaai. Gisteravond bij een wandelingetje langs de Bolwerken wilde ik al een sussende vinger tegen de lippen leggen als er fluisterbootjes passeerden. Kan het wat zachter? Nog even en ik trek een kind van zijn elektrische step vanwege de geluidsoverlast.
Ooit (in Puirammers en puinruimers) stelde ik voor Nederlands te splitsen in het Wilde Westen (voor vrijgevochten types) en het Tamme Oosten (doetjes en watjes). Inmiddels ben ik meer voor een andere tweedeling: akoestisch / unplugged versus versterkt / luidruchtig. In het Oosten alleen elektrische voertuigen, handboortjes, gardes en kamermuziek. In het westen mag alles op maximaal volume. En langs de grens wil ik een hoge geluidswal.
Volgens mij ben ik jullie gisteravond tegengekomen in de Bolwerken en het viel mij ook op hoeveel lawaai er nu is. Vooral van brommertjes. Overal brommertjes. En bootjes met muziek. En ik verlangde terug naar de eerste maanden waarin je nog op de Grote Markt kon lopen en aan de overkant daadwerkelijk iemand iets kon horen zeggen. Nu is het constante geroezemoes terug.
@Peter: Volgende keer zwaaien – ik zwaai zeker terug (tenzij je op een brommer zit)!
Ik heb dat ook. Maar ik keer de tweedeling liever om, dan hoef ik niet te verhuizen.
@Gerrie:En ik wil wel met jou&Paul in hetzelfde deel, dat ook!
Hoewel apartheid in mijn genen zit, gewone mensen hier en vvd’ers daar, geloof ik niet in muren optrekken, verdorrie, we zijn nog pas net zonder ijzeren gordijn. Nog pas net? Als echte Hollander ben ik voor regels regels en nog eens regels.
Ja, je gehoor wordt SCHERPER , Marius. Houwen zo !