Een nieuwe campagne moet potentiële reizigers duidelijk maken dat ze ‘van harte welkom’ zijn in het openbaar vervoer. De drie maanden durende campagne kost miljoenen; de bijbehorende slogan telt vier hoofdletters en vijf kleine: Het OV is OK.
Tijdens de lockdown was het OV KO, maar het wil weer opkrabbelen (en in december terug zijn op 80% van het pre-corona passagiersaantal – nu is het 50%).
De RaDa-reda reisde gisteren met het OV van Haarlem naar Amsterdam RAI en terug. Het soort ‘niet-noodzakelijke’ reis waartoe de campagne ons wil ‘inspireren’, buiten de spits. Over het OK-gehalte houd ik voorlopig zo mijn twijfels. De heenreis was rustig: geen hinder van hoestende medepassagiers. Conducteurs of BOA’s lieten zich niet zien.
‘s Middags was het een ander verhaal. In Metro 50 maakte een ???? (malloot/zwakbegaafde/lachgast of een combinatie) zich los uit een kluitje scholieren en voerde een dansact op. Gejoel, luide aanmoedigingen, imitaties en uit de naburige coupé kwamen leeftijdgenoten aansnellen om niets van het spektakel te missen. Hier had ik graag een OV-m/v met een pet streng de orde zien herstellen. Geüniformeerden ontbraken eveneens in de NS-trein uit Sloterdijk, waar aan de andere kant van het gangpad een meisje zich door een monsterzak chips heen vrat alsof haar winterslaap aanstonds begon. Haar mondkapje slikte ze in haar gulzigheid bijna in.
In Duitsland en andere buitenlanden is het gebruikelijk dat de conducteur zich tussen elke twee stations even vertoont. Zijn er nog nieuwe passagiers, ligt de bagage in de rekken, zijn er vragen over het traject? Daar gaat voor passagiers zowel een geruststelling als een waarschuwing van uit; in Nederland is men (op allerlei treinen/terreinen) voortdurend bezig met opschalen en afschalen. En als het ergens uit de klauw loopt, wordt een vliegende brigade opgetuigd die het publiek met overdreven machtsvertoon mores moet leren en achteraf pocht over het aantal boetes. Alsof je een kat eerst maandenlang op het spek bindt en dan ineens een leeuwentemmer huurt. Ik vind dat niet OK, OV.
Je blog bevestigt wat ik al vermoedde Marius: beter niet in het OV. Ik vind het een van de meest risicodragende situaties. Veel meer dan supermarkt, winkel of restaurant. Mooi verhaal trouwens weer met de geboorte van een nieuw woord. Lachgast.
Als incidenteel gebruiker heb ik doorgaans superlatieven tekort om het OV te roemen; wat een land, wat een luxe! En dan die blanco reclameborden….houden zo!
Overigens passeerde gisteren een auto mijn auto in volle snelheid om daarna, vlak voor een spoorwegovergang over de kop te gaan….stapte zo’n ‘lachgast’ uit! Dank voor het woord.
mooie foto! historisch document.