In 2010 werd ‘gedoogregering’ Woord van het jaar, nipt voor ‘daggeren’. Daggeren? Wordt er nog druk gedaggerd dezer dagen? Dezer jaren?
‘DEggeren’ is/was de uitspraak van een wulpse dansstijl, waarbij de primaire geslachtsorganen een actieve rol opeisten. De RaDa-reda, preuts en nuffig, ook toen al, vond het jammer dat er geen Nederlands woord ‘daggeren’ bestaat (rijmend op ‘baggeren’). Iets van moedeloos doorploeteren door regen en natte sneeuw in de donkere dagen voor Kerst. De Daggerdagen….
Ik moet zeggen dat het hier thuis momenteel best meevalt met de mineurstemming. Zo’n verhuizing in het verschiet pept de boel wel op natuurlijk. En we hebben een nieuw, beweeglijk, stemmingverhogend plantje dat zijn eigen feestje viert en zelf dansjes bedenkt. In de neutrale stand (bij ballet zouden ze het de ‘tweede positie’ noemen) is het een soort ijsparasolletje.
Maar dan kom je een uur later langs en dan lijkt het mee te doen aan de Mexican wave en gooit het zijn hele hebben en houwen in de strijd. Maar ook trekken individualistisch ingestelde twijgjes hun eigen plan; dan lijkt het of ze semafoortje spelen en seinen naar een soortgenoot verderop. Die is er niet maar komt er vast snel (de huisdichteres wil er ook een).
Wie weet wat ie allemaal uitspookt als ik niet oplet. Ach, de kenners (die vervelende kenners!) hebben het allang gezien: het is een kruidje-roer-me-niet. ‘Kruisje-roer-me-niet’ vertypte ik me – dat had in 2010 mooi derde kunnen worden bij de woordverkiezing: een azijnig type dat daggeren maar niks vindt.