De toren heeft hier een haantje. Ik had het gezien en ik had het niet gezien, Zoals je meisje-meisjes hebt (en meisje-meisje-meisjes), heb je ook zien-zien – dat je iets bewust registreert.
En dat ik die toren zag-zag, kwam weer door een vriend met wie ik vanochtend belde over zijn gezondheid. Hij had het zwaar te verduren gehad en de crisis was nog niet definitief overwonnen. Hij doseerde de medische details tactvol, maar ondanks de anekdotes waarmee hij zijn verhaal lardeerde was mij duidelijk dat hij al zijn incasseringsvermogen en optimisme had moeten aanspreken de afgelopen tijd. En toen achtte hij het moment gekomen om het gesprek te verplaatsen naar mijn nieuwe bestaan in Overijssel.
Ik schakelde niet al te soepel mee en hakkelde wat over een vermiste dag. Ik was opgestaan in de veronderstelling dat het donderdag was, maar toen ik de boekenbijlage in de krant aantrof, besefte ik dat er iets niet klopte. Vrijdag!?! Geen ramp – als je zeventig wordt, beleef je 3650 donderdagen en evenveel vrijdagen, dus op zich kan je er best eentje missen. Het was ook niet zo dat ik me niets van gisteren herinnerde, maar het andere leefritme hier (ik voelde zijn aandacht verflauwen) …
“Is er een kerk in Wijhe?”
“Ik kijk uit op een torenspits.”
“Zit er een haantje op de toren?”
Ik bevestigde het.
“Dat is een gedicht. ‘Het haantje van den toren.'”
“… ” [zo klink ik met een mond vol tanden]
“De Génestet.”
[“…” citeerde ik mezelf]
Later op de dag zocht ik het gedicht op en verbaasde mij over de menselijke geest, die het presteert vanuit een geradbraakt lijf moeiteloos een 19e-eeuwse dichter-dominee te sommeren. Nou ja, niet ieders geest natuurlijk. Maar ík ken zo’n geest, prees ik mij gelukkig.
P.S. De Génestet heeft een bankje in Bloemendaal waar ik een interessante ontmoeting had.
En de voorintekening voor de RaDa-bloemlezing is beginnen; het helpt als we kunnen inschatten hoeveel belangstelling er is. Mail naar marius.jaspers@endaneendzjiemeeladreseindigendop.com
Leuk, hij schreef ook een gedichtje over een grafje in Bloemendaal
@Marius: als dit berichtje kenmerkend is voor ‘Dagklad na de verhuizing’ dan feliciteer ik je er mee. Minder ons kent ons. Minder lokale roddel. Maar wèl persoonlijker en een beetje filosofischer. Zo’n verhuizing opent de geest!
@Hans Valk: Dank voor de compli’s! En verder kan het alle kanten op waaien, ik beloof niks. (De jaarganglezers van de bloemlezing hebben ook een voorkeur voor de persoonlijke stukjes, merk ik. Maar ons-scant-ons heeft ook wel wat, als je weet waar het over gaat.)