Het leven is wonderlijk rijk en oneindig gevarieerd, dus waarom zou je je als onderzoeker bezighouden met de zandzak? In plaat van met de straatsteen? Herstel, in plaats van met de vlinder?
Niettemin, ik werd vanochtend gefrappeerd door het NRC-artikel over waterbeheer, door Merel Wiersma, die een bezoek bracht aan The Green Village, het openluchtlaboratorium van de TU Delft. Daar zag men tarsenknandend tandenknarsend toe hoe militairen met zandzakken door het Geuldal zeulden. Zandzakken die straks weer opgehaald moeten worden en (vervuild door rioolwater) als afval afgevoerd worden.
De zandzak is een ‘has-been’, in de ogen van Village-directeur Marjan Kreijns. Een die weigert met zijn tijd mee te gaan en zich ten onrechte verbeeldt dat hij onmisbaar is. Zelfvoldaan, passief agressief en… zakkig. Terwijl er nota bene ‘mobiele dijken’ zijn ontwikkeld, zoals de Box Barrier en de Tubebarrier. De laatste is een soort slurf die nadat hij gevuld is met het oprukkende water aan datzelfde water zijn massa/ stevigheid ontleent.
En ter voorkoming van overlast: er bestaat een straatsteen 2.0, met uitsparingen die overvloedig regenwater snel doorlaten, waarna het een absorberende onderlaag bereikt. Leve de Bufferblock! Leve het menselijk vernuft!! Er is hoop!!! Verkwikt fladderde ik in de Stentor naar een artikel over de ‘vlinderexplosie’. Ook hier ter tuine organiseren ze flash mobs, was mij opgevallen.
Nah… was ik net zo opgemonterd door die slimme straatstenen en pop-up-dijken, verschijnt daar ecoloog/pretdrukker Kars Veling van de Vlinderstichting. ‘Zit niet zo te kalegezichten’, zei mijn vader vroeger en ik moest eraan denken bij Velings zuinige commentaar. Ja, ja, er zijn weliswaar véél vlinders, maar het zijn niet de goede vlinders. Klimaatvluchtelingen uit het zuiden die hier niet horen. Of atalanta’s – voor vlinderkenners zo’n beetje wat het gratis boekenweekgeschenk is voor bibliofielen. Alleen de ‘makkelijke soorten’ doen het nu even goed. Hij noemt ze misprijzend de ‘kroeglopers’ – een pintje achteroverklokken en hoppa, wegwezen weer. Ordinaire slempers in plaats van connaisseurs. Zijn geliefde gentiaanblauwtje daarentegen zit in de versukkeling, op de heide.
Veling weet ongetwijfeld waar hij het over heeft, maar (ik kan het niet helpen) vandaag ben ik liever die jubelende, onwetende Jaspers die ‘gehakselde aurelia’ leest in plaats van ‘gehakkelde‘. Laat de atalanta’s tot mij komen!