Gisteren maakten we om de hoofden te depoetiniseren een schitterende wandeling, over ‘klompenpaadjes’ in de buurt van Oene. Ik wilde vandaag van de weeromstuit iets positiefs schrijven over de prachtige hoogwatergeul tussen Veessen en Wapenveld.
Wapenveld???? WAPENveld? Het was gelijk al mis. Te veel interferentie. Te veel afleiding door de nieuwsbulletins en nare associaties. Ik bewaar de uiterwaarden en de overloopgebieden maar voor een volgende keer.
Vandaag laat ik het bij een foto van mijn e-reader, die zichzelf als hij niet genoeg aandacht krijgt, uitzet en dan het omslag toont van het boek waar je in bezig bent. In dit geval (niet geheel toevallig) De man zonder gezicht van Masha Gessen. ‘s Avonds laat dommelde ik in bij een talkshow met de zoveelste oud-generaal of sanctioloog. Toen ik even later duf wakker werd, had ik een opflakkering van vreugde toen ik op het schermpje Poetins snuit zag met het bovenschrift ‘uitgeschakeld’. Yes!

Helaas, het was geen CNN-banner. En de strijd gaat verder.
P.S. Kennen jullie Prinsenpad? Daar neemt Cees de schuld op zich van de Russische invasie.
Ons uitstapje naar Curaçao, ooit onze woonplek, leverde een intens gesprek op met een vriendin die, mijn blog lezende, mij verdacht van de neiging tot piekeren. Zij, een stevige lezer, adviseerde mij Anton Tsjechov, en wel de verhalen: Zaal 6, De zwarte monnik, De dame met het hondje, De bruid en het nawoord van Maartje Wortel. De door Tsjechov beschreven absurditeit van het leven zou mij, als ik het begrepen zou hebben, steviger in mijn schoenen doen staan door relativering.
Thuis gekomen en inmiddels het boek voor mij eist ineens Rusland mijn totale aandacht op. Relativeren? Kan mijn/het leven nog absurdistischer?
Depoetiniseren vind ik een vondst. Zeg ook tegen jezelf: “Het lijkt mij heel goed als jij vandaag eens depoetiniseert”. Mag in de Van Dale. Therapeutisch ook.