Stel dat je hele leven van geboorteschreeuw tot laatste ademtocht op video werd opgenomen, in opdracht van een sadistische Hogerhand, ik noem maar wat, en een in leedvermaak gespecialiseerde regisseur maakte een avondvullende compilatie van je ergste flaters, stomste stommiteiten en gênantste gekluns…
Bij de Hemelpoort word je gedwongen alles te bekijken en Petrus zegt: “Op grond van je levenswandel kan ik je toelaten. Besef wel, hier hebben ze zojuist meegekeken. Het is aan jou: of je gaat naar binnen en neemt het massale hoongelach en gejoel voor lief óf je duikt de hel in, waar ze deze klucht niet hebben gezien. Eeuwig branden heeft een slechte naam, maar anderzijds…”
[Bedenk voor ik jullie deelgenoot maak van mijn roemloze jacht op een vlieg eerst even drie momenten van eigen beschamend gehannes en kinderlijk falen]
Gisteren was ik alleen thuis. Ik zat in de serre en de leesomstandigheden waren ideaal. Ik had geen beslommeringen, het was volmaakt rustig en ik zonk heerlijk weg in De maarschalk van Zora del Bueno. Tien minuten duurde mijn geluk en toen was daar, in ons zwaar behorde huis, die niet te negeren bromvlieg. Gedrogeerd? Opgevoerd? Léék hij maar zo overactief door het contrast met de stilte die hij driftig verstoorde? Nee, hij deed het erom… Hij voerde duikvluchten uit naar mijn schedel alsof hij niet het minste gevaar te duchten had.
Wat ook zo bleek te zijn. De serre is hoog en rijk aan obstakels – voor mij althans, als vlieg ga je daar soepeler mee om – en er staan kwetsbare voorwerpen. Zeker bij mijn eerste pogingen wilde ik collaterale schade nog vermijden.
Hoe lang trek je uit voor het uitschakelen van één miezerige vlieg? Mijn eerste meppen met de krant mislukten, sommige jammerlijk. Ik moest er nog even in komen, vergoelijkte ik mijn miskleunen, maar na tien minuten (aan mijn motivatie lag het niet) zoefde dat beest nog steeds ongeplet rond en was mijn zelfbeeld danig afgebladderd. De groeiende ergernis tastte mijn lenigheid en timing aan. De keren dat de vlieg benard zat achter het gordijn, drukte ik uit frustratie zo hard dat de ruit dreigde te knappen. Hij bleef ongedeerd. De woeste triomfkreet die ik slaakte toen ik hem hoorde kraken tussen vensterglas en vitrage, moest ik terugnemen (maar hoe??) toen hij zich miraculeus uitdeukte, losse onderdelen weer monteerde en onverdroten opsteeg. Zo’n vlieg dus!
De schijnwapenstilstand die ik eenzijdig inlaste in de hoop dat hij van uitputting een middagdutje zou doen, duurde slechts 10 seconden; toen streek hij alweer jennend neer op de bladzijde van mijn boek.
Een epos zo dik als de Ilias zou ik kunnen schrijven over mijn verbeten strijd met dat vermetele beest, maar the long and short of it was toch dat ik vies voor lul stond, met die slappe krant. Voor aap, paal, schut, joker. Er waren goddank geen getuigen, maar de afgang voelde er niet kleiner om – zelfs niet toen ik mijn kwelgeest na 20 minuten met een onbeheerste jens veranderde in een vieze zwarte veeg. Verbeeldde ik het me, of zag ik daar middenin de smurrie een miniem, smalend grijnsje?
Ik had gisteravond dezelfde strijd, van het voorraam naar het achterraam,
en weer terug, met de vliegenmepper in de hand. Zonder succes.
Toen ik s,avonds een slok van mijn borreltje wilde nemen kon ik maar net
voorkomen dat ik iets inslikte.
ja hoor, de bromvlieg, wrs stomdronken over boord gevallen.
@Nel: Misschien een keer met zijn tweeën jagen? Met borreltje toe!
OMG…zie het wel voor me…het gevecht van de dag…:):):)
Hier, in de galerie in Koudum, staat de deur regelmatig open. Er komen dus elke dag bromvliegen en zo nu en dan een wesp binnen. In het begin wilde ik nog wel proberen om die te vangen (eerbied voor het leven enz.) en naar buiten te zetten. Dat valt om de dooie dood niet mee – tussen keramieken of glazen kunstwerken! Datzelfde geldt voor het gebruiken van een vliegenmepper om een eind aan dat hinderlijke gebrom te maken. Nu laat ik ze meestal maar. Soms vliegen ze zelf door de open deur weer weg, maar meestal vind ik ze de volgende ochtend in de vensterbank. En dan laten ze zich gemakkelijk oprapen.
Wie weet dat je de God der Vliegen oftewel Beëlzebub hebt geplet!