‘De mensen zouden hun eigen ontroering eens wat minder serieus moeten nemen’ mag ik mijzelf graag citeren tijdens emo-tv (is er nog andere?) als de tranen weer eens rijkelijk biggelen.
Er ligt dan een droom aan diggelen, een leven is compleet verwoest, een overmoedige pirouette is mislukt. Een 16-jarige danser(es) heeft de voorronde van Heel Holland Hupst of Divamania (SBS8?) niet doorstaan en de Toekomst kan wat zo’n geknakte deelnemer betreft komen te vervallen. Totale verslagenheid, niets heeft meer zin.
En dan is er ook nog ‘Kippenvel…’, op religieuze toon gepreveld en per strekkende meter verkrijgbaar op tv. Wie ‘kippenvel’ zegt, hoeft niets meer toe te voegen. Kippenvel is heilig en je breekt een groot taboe als je na andermans ‘kippenvel…’ sceptisch op je eigen huid wijst: ‘Gewoon vel. Kijk, zo glad als een paling, het doet me niks.’
Dus het is met enige huiver dat ik hier over mijn eigen kippenvel van gisteren begin. Dikke kans dat niemand zich er in kan verplaatsen. Het begon ermee dat ik zes maanden geleden Engels ging geven aan Oekraïners hier in het dorp (ik schreef erover in Goed Bezig). Toen kon ik niet bevroeden hoe dierbaar ze me zouden worden. Met de ‘gevorderde groep’ heb ik een ander contact dan met de beginners (= mime, gestamel en een enkel begrepen woord), maar ook daar ervaar ik warmte en dankbaarheid – ook als ze soms met de lessen ophouden, want ze moeten werken, wassen, koken, kinderen opvoeden, overheidsdocumenten doorgronden, hun familie in Odessa of Kyiv steunen en het oorlogsnieuws volgen. In de opvang in de Rabo-bank, waar de sfeer altijd prettig is, zie ik af en toe ook een glimp van hun drukke, verwarrende levens.
Gisteren kwam alles bijeen in een speciale Oekraïne-dag. Het begon met de Stichting Vrienden van de Nicolaaskerk, die een concert met uit Moskou gevluchte musici had gepland. En het was bijna twee jaar sinds de inval. Was het een en ander te combineren, vroeg Jaap Meijer zich af. En zo kon het gebeuren dat er gisterochtend een diaken van de Oekraïens-Orthodoxe Kerk een liturgieviering hield in de RK Kerk. En dat er een vertaling van de dienst beschikbaar was voor meer dan 150 aanwezigen, onder wie behalve veel Oekraïners ook Wijhese vrijwilligers, taalmaatjes en gastgezinnen. Daarna was er voor wie wilde een lunch in t Langhuus.
Op zaterdagavond (terwijl de Diekschoevers geholpen door de Sökkesoppers luidruchtig naar het hoogtepunt van het lokale Carnaval toewerkten) vertoefde ik (toevallig!) even in de keuken van de Wijhese opvang. Daar werd gekookt en gebakken. En niet zo’n beetje! Met volledige inzet en toewijding. Giechelen en dollen was er niet bij, koken is geen kinderspelletje. Er stonden al schalen met allerlei lekkers in het gelid. Alles wat ik toegestopt kreeg (flensjes, koolrolletjes), smaakte heerlijk.
De voedselproductie van locatie Olst moest toen nog worden opgehaald door Iryna, die al twintig jaar in Nederland woont en zich opwierp als tolk en stuwende kracht. Die lunch werd niet alleen een culinair succes; er was live muziek en tegen het eind werd het volkslied ten gehore gebracht. ‘Kippenvel’ zou een understatement zijn. Als je vaderland onder vuur ligt, klinkt een volkslied anders en ik durfde niet om me heen te kijken. Tranen kun je ook ‘horen’ biggelen.
Het derde deel van deze Oekraïne-dag bestond uit een concert. Met het fabelachtige Vita Duo (Maria Nemtsova, piano en Vitaly Vatulya, sax), de bajan-speler Oleg Lysenko en… Maryna Petrenko.
Samen met Rianne Hoek van Dijke speelde Maryna quatre mains (Schuberts Fantasie D. 940). Wie hier in het dorp woont, heeft haar vast wel eens met een boodschappentas voorbij zien lopen bij AH of de Boni, zonder enig vermoeden van haar talenten. Gisteren kreeg zij haar eerste echte podium hier en het werd een flonkerend optreden. Mag zij voortaan elke week een concert geven? Dan kom ik iedere week.
Het was een dag die de wereld groter maakte (met al zijn tragiek en lijden); en tegelijk een dag die je deed beseffen dat er in diezelfde woelige, grimmige wereld (al is het maar kortstondig en toevallig) soms nieuwe plekken kunnen ontstaan waar mensen genieten van een veilig samenzijn, van elkaars muziek, flensjes en koolrolletjes. Samen bidden om vrede misschien. Zo’n dag mocht ik gisteren meemaken in dit kleine dorp en daar prijs ik me gelukkig om.
nou Marius, mijn slok koffie ging wel wat sneller naar binnen toen ik je laatste zin las. (slik). Mooie dag zeg!
Een beetje medemenselijkheid, heerlijk om te lezen, zo werden wij er ook een beetje gelukkiger van.