Ik voorspel dat de tijd niet ver weg is dat Pedagogische Academies het Noord-Koreaanse onderwijsmodel willen invoeren vanaf groep 2. Creativiteit en zachte deugden? Bij de landelijke cito-toets draait het voortaan om salueren met de hele school tegelijk, verplichte figuren op het exercitieterrein, hoofdrekenen onder zware psychische druk en het weggummen van het eigen ego. 15% van elke klas doubleert en moet naar een andere school.
Ik baseer deze voorspelling niet op een bezoek aan basisschool ‘Het Vlindertje’ of peuterdagverblijf ‘De Engelbewaarder’ maar op twee afleveringen van Kamp van Koningsbrugge die ik onlangs zag (de eerste drie seizoenen waren me ontgaan). Zoals ze het op hun website formuleren: ‘Vijftien gewone burgers ondergaan acht dagen lang de loodzware Special Forces training. Wie haalt het einde?’
We hebben een curieuze nationale obsessie ontwikkeld met ‘gewone burgers’ en met afvallers / weggenomineerden (de snikkende verliezers die ondanks alles steevast trots op zichzelf zijn); bij Kamp van Koningsbrugge is dat niet anders – de leiders /coaches/officieren hebben in hun camouflagekleding altijd nog wel een paar stichtende, opbeurende woorden verstopt waarmee de vertrekkenden vooruit kunnen in de rest van hun gewoneburgerleven.
Een beetje kadaverdiscipline is mooi, maar bij het afscheid wordt nooit gezegd: ‘Ja, Minco, eigenlijk was het voor ons vanaf de eerste keer opdrukken al duidelijk dat jij het niet had en nooit zou krijgen. Kippenborst. Slappe knieën. Geen ballen, geen kloten, geen ruggegraat – alleen je traanklieren en je platvoeten zijn extreem ontwikkeld, maar daar win je de oorlog niet mee. Nou, ingerukt mars, kerel, je moet hiervandaan met je zachtgele rolkoffer 24 km in zuidoostelijke richting over deze rotsvlakte. Heb je onthouden hoe zo’n kompas werkt?’
Goed, die deelnemers aan KvK laten zich vrijwillig commanderen, afmatten en uithongeren. Maar met een beetje pech kan je op kantoor ook een werkgever treffen die gelooft in ‘gemeenschappelijke impactvolle events in de natuur en een jaarrond coachingstraject, dat personeel gezonder, gemotiveerder, loyaler en productiever maakt.‘ Ik citeer uit een paginagrote advertentie in Trouw waardoor ik vanochtend werd besprongen.
Sailing Dutchmen Events beoogt teams een ‘sense of belonging’ te geven. Het begint met een ‘laagdrempelige kennismaking met fysieke inspanningen’ en daarna is het streven dat ‘iemand zelf tot het inzicht komt dat hij gezonder moet gaan leven.’ Ja, ‘moet’! Waag het niet dat inzicht niet te krijgen, want de te winnen energie levert ook de baas profijt op.
Ook bij de Zeilende Hollanders speelt een oud-commando een rol in de organisatie. Op de foto zie je veertien gehelmde mannen en vrouwen achter bloedrode sneeuwscooters, ergens in de verlatenheid van Lapland. En dan moet het obligate ‘kippenvel’ nog komen – als ze elkaar na afloop stuk voor stuk vertellen dat ze zich ‘gezien en gewaardeerd’ voelden.
Het vreemde is dat ik zelf zowel van lichaamsbeweging als van natuur houd. En zelfs van een beetje groepsgevoel, in verantwoorde doses. Bovendien ben ik liever gezond dan pips. Wat ik alleen niet herken is dat gejubel bij ieder streepje persoonlijke ontwikkeling. Toen ik half zo oud was als nu en fanatiek halve marathons liep, zeiden we na een zware wedstrijd ‘Ik heb me het snot voor de ogen gelopen’. Veel verder ging het niet qua introspectie. De ‘overwinning op jezelf’ moest nog worden uitgevonden.
Het jezelf ondergeschikt maken aan een collectief voorziet ongetwijfeld in een breed gevoelde behoefte, evenals de grensverleggende fysieke en mentale beproeving. De ‘tijdgeest’ bestáát natuurlijk wel. Evenals degenen die er niets mee hebben. De nietsvermoedende Laplander die een breed front ICT’ers op sneeuwscooters over zijn ooit ongerepte taiga ziet razen, snapt er vast nog meer van dan ik.
Het is begonnen met ‘applaus voor je zelf’ De rest is geschiedenis